Wilt u goed begrijpen wat er op vrijdag op de beroemde Alkmaarse Kaasmarkt gebeurt? Bezoek dan het aantrekkelijke Kaasmuseum aldaar in het Waaggebouw. Alles wordt u er precies uitgelegd. Feit is, dat de kaasmarkt de grootste toeristentrekker van de stad is. Maar er wordt echt geen kaas verhandeld. En in Alkmaar wordt geen Alkmaarse kaas gemaakt. Er zijn wel enkele uitstekende kaaswinkels in onze stad. Het spektakel op de kaasmarkt is maar spel, zoals het er ooit aan toeging. In de 18e eeuw was het vier dagen per week kaasmarkt. Het gebied rond de Waag aan Alkmaars haven was eertijds de drukste marktplaats. Niet alleen voor kaas, maar voor alle agrarische producten van de streek. Als de handel alsmaar groeit, komt er behoefte aan meer ruimte. Het Waagplein is in de laatste twee eeuwen wel acht keer vergroot, steeds door bestaande panden naast het Waaggebouw af te breken. De aan- en afvoer gebeurde per schip en kar. Als in de 20e eeuw de vrachtwagen wordt ingezet, ontstaat wel een groot verkeersprobleem. De brand in bioscoop Diligentia in 1912 is zo verwoestend, dat er na het ruimen van het puin een nieuwe ontsluitingsweg naar het Waagplein is ontstaan. Een geluk bij een ongeluk, die “doorbraak”, die thans Marktstraat heet! De kaasdragers, die de show van de kaasmarkt opvoeren, zijn verenigd in het kaasdragersgilde. De geschiedenis van de kaasdragers gaat terug tot 1593. De kaasvader waakt erover dat het gedrag van de kaasdragers eerbiedwaardig blijft, ondanks hun aanstekelijke vrolijkheid. Voor het draagwerk gebruiken kaasdragers een berrie. Ze dragen gekleurde hoeden, waaraan je hun ‘veem’ (groepje) herkent. Als het ene veem zich inzet voor een handelaar moet het andere zich daar niet mee gaan bemoeien. Zo werd het werk verdeeld. Doordat de aanvoer van kaas afnam door directe verkoop van de fabrieken aan de handelaren verdween ook de echte kaasmarkt. Na een moeilijke tijd is de stad erin geslaagd om er toch weer veel drukte te organiseren, nu als toeristische trekpleister. Een enorme prestatie.